Programmamanager Woonprogramma

Doel van de opdracht

De gemeente Barendrecht heeft de ambitie om uiterlijk in 2040 circa 1.000 extra woningen te realiseren binnen het bestaande woon- en centrumgebied van Barendrecht Oost/Centrum. De programmamanager Woonprogramma is aanjager/kwartiermaker van het Woonprogramma en verantwoordelijk voor de integrale coördinatie, aansturing, bestuurlijke afstemming en programmatische verankering van deze opgave. Daarbij ligt de nadruk op de totstandkoming van een herhaalbare ontwikkelaanpak, gebaseerd op pilotprojecten en samenwerking met woningcorporaties en marktpartijen.

Kader en input:

• Omgevingsprogramma Wonen (Woonprogramma);

• Inventarisatie gemeentelijk vastgoed en potentiele locaties;

• Projectlocaties binnen de zogeheten wasstraat.

Hoofdtaken en verantwoordelijkheden:

1. Programmamanager en coördinatie:

   • Opstellen en actueel houden van het uitvoeringsprogramma Wonen.

   • Coördinatie en aansluiting van afzonderlijke woningbouwprojecten binnen het programma.

   • Adviseren over woningbouwprogrammering (betaalbaarheid, typologie, doelgroepen).

   • Bewaken van planning, fasering, mijlpalen en risico's op programmaniveau.

   • Afstemming met en verbinden van de relevante beleidsterreinen en -adviseurs.

   • Afstemming met externe stakeholders: woningcorporaties, ontwikkelaars, MRDH, provincie, in afstemming met strateeg Leefomgeving.

   • Organiseren en voorzitten van het programmateam Wonen met corporaties in afstemming met de beleidsadviseur Wonen.

   • Begeleiding van de trainee die werkzaam is voor het woonprogramma.

2. Pilotprojecten opstarten en aansturen:

   • Initiëren en aansturen van minimaal vier pilotprojecten:

     • Twee met woningcorporaties

     • Twee uit de wasstraat-locaties

   • Politiek laten toetsen van uitkomsten (verdichting, parkeren, bereikbaarheid).

   • Zorgen dat inzichten uit pilots en politieke toetsing vertaald worden naar een herhaalbare aanpak.

   • Aansturen en verbinden van projectleiders, beleidsadviseurs, planeconomie, juristen, ontwerpers en andere (interne) disciplines.

3. Ontwikkelen van een herhaalbare aanpak:

   • Samen met de corporaties en evt. marktpartijen identificeren van plancapaciteit door corporatieprojecten en wasstraat.

   • Opdracht geven voor integrale ruimtelijke kaders.

   • Sturen op beleidsaanpassing en benutting van instrumenten uit de Omgevingswet.

   • Opzetten van structurele samenwerking met Beheer en Buitenruimte.

   • Ontwikkelen van overeenkomsten voor corporatieprojecten en wasstraatprojecten.

   • Actieve subsidieacquisitie en borgen subsidieverantwoording.

   • Afstemmen van plancapaciteit en timing van plannen om voldoende bijdragen voor het Vereveningsfonds te realiseren om tekorten in de corporatieprojecten te dekken.

4. Bestuurlijke advisering en besluitvorming:

   • Actieve informatievoorziening aan clustermanagement en bestuurlijk opdrachtgever.

   • Signaleren van knelpunten, doen van voorstellen en toelichten van keuzes.

   • Opstellen van bestuurlijke stukken (college- en raadsvoorstellen, raadsinformatiebrieven, bijdrage aan P&C-producten).

   • Ondersteuning bij regiodeals, prestatieafspraken en vertegenwoordiging bij externe partners.

5. Monitoring en verantwoording

   • Minimaal tweejaarlijkse monitoring op aantallen, typologie, voortgang, financiële haalbaarheid en verevening.

   • Minimaal twee keer per jaar voortgangsrapportage aan college en raad.

   • Jaarlijkse aansluiting op de planmonitor en woondealverplichtingen.

   • Kritieke afspraken verwerken in prestatieafspraken.

Beoogde resultaten

• Twee keer per jaar een bestuurlijke voortgangsrapportage over aantallen, afspraken, ontwikkelproces, pijplijn, financiële haalbaarheid, verevening en wijziging van beleid.

• 2025:

  • Door de raad vastgestelde verkenning van (te wijzigen) ruimtelijke en beleidskaders over hoe te komen tot ca. 1.000 woningen parkeren en bouwhoogte en woninggrootte/doelgroepen worden hierin benoemd. In het bijzonder is het gesprek met de raad gevoerd over de te verwachten uitdagingen.

  • Een actueel en bestuurlijk vastgesteld uitvoeringsprogramma Wonen.

  • Verbeterde samenwerking en afstemming met marktpartijen en woningcorporaties (met meetbare afspraken).

  • Vier uitgevoerde politieke tests van pilotprojecten.

  • Een door stakeholders onderschreven overzicht van kansrijke projecten om in 2040 indicatief 1.000 woningen te hebben toegevoegd.

  • Opname van kritieke afspraken over de toevoeging van woningen in de prestatieafspraken.

• 2026:

  • Minimaal 70% van de 1.000 woningen voorzien van een realistische planning en intentieovereenkomsten met corporaties en markt.

  • Herhaalbare aanpak voor corporatieprojecten en wasstraatprojecten.

• Functionele aansturing van interne projectleiders.

• Mandaat voor overleg met externe partijen namens het programma.

• Initiatief en inhoudelijke voorbereiding van besluitvorming.

• Nauwe afstemming met teammanager en portefeuillehouder.

Het team: 21 medewerkers, die zich bezighouden met allerlei beleidsterreinen binnen leefomgeving, zoals ruimtelijke ordening, verkeer, economie, wonen en asiel.